Terugkeer naar Brideshead – Evelyn Waugh

In de Groene Amsterdammer van 2 mei jl. krijgt hij er nog flink van langs. Met veel genoegen beschrijft Patrick van IJzendoorn hoe de nazaten van Evelyn Waugh wegens schulden hun landhuis moeten verlaten. Van IJzendoorn herinnert zich Waugh als “de schrijver wiens dédain voor de lagere klassen legendarisch was”.

Nu ben ik geen doorwrochte Waughkenner, maar die stelling snijdt in elk geval geen hout als het om Waugh’s klassieker Terugkeer naar Brideshead gaat. Het dédain lijkt hier namelijk vooral de Engelse upper class te betreffen. Op de kaft van de Prisma pocket wordt het treffend gezegd: “Waugh is een verbitterd romanticus, hij gelooft in zulke verleden idealen als ‘eer’, ‘liefde’, ‘maatschappelijke orde’. Wat hij waarneemt is een samenleving waarin van die idealen niet alleen niets terecht komt, maar waarin de traditionele dragers van deze waarden voorgaan in het verraad.”

Het verhaal van Terugkeer naar Brideshead mag vanwege het succes van de film bekend zijn: Charles Ryder is van gegoede komaf. In het interbellum brengt hij zijn studiejaren door in Oxford. Hier komt hij in aanraking met de aristocraat Sebastian Flyte. Aan de hand van diens familie tekent Waugh het verval van de Britse aristocratie in de jaren 30.

Vooral de beschrijving van de studiejaren in Oxford zijn bijzonder aantrekkelijk. Jeugd, geld, geluk, carrière, alle ingrediënten voor succes en overvloed lijken aanwezig. Langzaam maar zeker blijken steeds meer zekerheden op drijfzand gebouwd te zijn. Gestaag stort de deftige wereld in.

Citaten:
“Waar hang je ergens uit? Dan kom ik je eerstdaags uit je hol p-p-pesten net als een hermelijn.” (p.32)
Zou George Bush jr. dit citaat in gedachten hebben, toen hij met zijn legendarische “We’re gonna smoke them outta their holes” op de proppen kwam?

“Behalve het leven bezitten wij immers niets.” (p.201)

Lezen!