Monnikenkoor Vladimir – Westerkerk

Gisteren trad het monnikenkoor van het Russisch-Orthodoxe Bogoljoebovo-klooster uit Vladimir (180 km ten oosten van Moskou) op in de Westerkerk in Amsterdam. De avond was aangekondigd als een concert met “lithurgische gezangen en kloosterrepertoire”.
    Voor de pauze zat de stemming er goed in bij het publiek, waarvan “de gemiddelde leeftijd reeds overleden was”. In werkelijk prachtig meerstemmig gezongen “Gregoriaanse Koralen”, vielen twee stemmen op. Die van een ultra-lage bas, wiens gepruttel leek op het knetteren van een loodzware, koperen ketel op een groot houtvuur. Maar de ster van de avond was ongetwijfeld de blonde, bijna kale zanger met gouden tanden die schitterden in het licht van de kroonluchters van de Westerkerk, waardoor de arme man meer het uiterlijk van een serie-moordenaar dan van een brave monnik had. Op zijn akelig zuivere, zeer hoge stem zullen vele dames uit het publiek jaloers geweest zijn.
    Na de pauze stortte het concert echter volledig in. Het “klooster-repertoire” bleek te bestaan uit schlagers uit de goeie, ouwe tijd van Poesjkin en Lermontov… In een – in het Duits aangekondigde – toegift was de samenzang en vrome beheersing volkomen verdwenen. Snel verdwenen wij in de kroeg, en het koor in de Rooie Buurt.