Hier volgt een vertaling van de column “Het antihuwelijkskrediet” van Natalja Radoelova:
Hij kan zich niet eens meer herinneren waarom hij ruzie gekregen had met zijn aanstaande bruid, twee jaar geleden. Een verkeerd gevallen grap? Maar de persoonlijke lening die hij voor de niet plaatsgevonden bruiloft had afgesloten, betaalt hij tot de dag van vandaag plichtsgetrouw af.
En het zag er zo mooi uit. De bank had het geld praktisch meteen gegeven toen ze die enthousiaste jongen zagen. Ze vroegen zelfs niet om een inkomstenverklaring. “Van harte gefeliciteerd, dat jullie maar lang en gelukkig mogen leven”, hadden ze hem gezegd. Er was met geen woord gerept over het rentepercentage.
De huwelijkslening vloog er doorheen: een jurk en toebehoren voor de bruid, kostuums voor de bruidegom en de ouders, ringen, het restaurant, de huur van twee limousines, een reusachtige taart, een ceremoniemeester, een bandje, tickets voor de huwelijksreis. Maar twee dagen voor de plechtigheid kregen ze ruzie. “Over iets onzinnigs”, vertelt hij, “maar daar ging het niet om. Ik besefte gewoon dat ik er niet klaar voor was. Ik wil niet. Ik doe het niet.”
Een maand lang stapte hij als een pauw rond. “Ik durfde het. Ik deed het.” Zijn vrienden, die zijn geliefde nooit gemogen had, klopten hem op zijn schouder: “Goed gedaan, jongen. Je bent een echte vent. Dit is pas een daad.” Daarna kwam dat bericht van de bank.
Het eerste deel van de lening had hij gelijk terug willen betalen met het geld dat de huwelijksgasten hen zouden geven. Maar er waren geen huwelijksgasten. De taart verzuurde, de jurk bleef achter bij “dat domme wijf”, de ringen en de limousines waren allemaal voor de kat z’n kut. “Je bent er gloeiend bij, jochie”, vatten zijn vrienden samen.
Het kostuum kwam daarentegen goed van pas. Hij draagt hem nu op bedrijfsuitjes. “Het belangrijkste is dat ik niet ontslagen word”, vertelt hij gretig aan iedereen die het weten wil. “Ik moet dit antihuwelijk nog drie jaar afbetalen. En daar kwam tot overmaat van ramp de crisis ook nog bij. Ik vroeg hem glimlachend of ik een column over hem mocht schrijven. Hij moest ook lachen: “Als je mijn achternaam maar aanpast. Of beter nog, zonder achternaam. Noem mij maar gewoon: die sukkel.”
Maar, om het vriendelijk te stellen, de ervaring was het waard. Mijn naamloze held zal zijn nieuwe vriendin niet te snel een huwelijksaanzoek doen. En al die pafferige huwelijksceremonies begonnen hem ook te irriteren: “Wie zit er op die schijnvertoning te wachten?” Hij verstandiger geworden, volwassener, cynischer. Hij gelooft niet langer in gunstige kredietvoorwaarden en ook niet meer in de eeuwige liefde.
» Кредит «Антисвадебный» (Наталья Радулова) – Ogonjok 43 – 2008
» Alle columns van Radoelova